0422 Verbinding van de aarde met het hiernamaals

17 mei 1938: Boek 9

Begin dan en merk op: het heeft altijd in de wijze bedoeling van de Heer gelegen een verbinding tot stand te brengen tussen hemel en aarde. Maar toch blijft voor de mensen dit ene tot hun voordeel verborgen: dat de wereld van de geesten aan gene zijde zich duidelijk te kennen geeft aan ieder die er maar naar verlangt. Want zoiets zou niet volgens de goddelijke ordening zijn. De verbinding kan alleen tot stand gebracht worden, wanneer een volledig rijpe mens zich met zuivere bedoelingen tot het hiernamaals wendt. Daarom zullen de pogingen een contact tot stand te brengen steeds weer afgebroken en opgegeven worden. Het ontbreekt de mensen aan volle ernst, aan geestelijke rijpheid en aan de wil om te dienen.

En wederom is er in de nabijheid van de aarde een heel leger van geestelijke wezens die zich op alle denkbare manieren kenbaar willen maken aan de mensenkinderen. Telkens als deze wezens de gelegenheid hebben zich aan de mensen bekend te maken en er een verbinding van hen naar de aarde tot stand is gebracht, dringen zich ook lagere elementen op die eveneens deze weg zoeken om hun driften te kunnen uitleven. En juist zij zijn er de oorzaak van dat zulke verbindingen zeer snel ontbonden worden. En in een dergelijke situatie betreuren de goede wezens het ten zeerste dat ze zich niet kunnen uiten. De kracht van deze wezens kan alleen maar werken met goedvinden van de mensenkinderen. Als hun een werkelijk goede wil van deze kinderen tegemoet komt, dan kan er ook spoedig een goede verstandhouding tot stand worden gebracht. En hoe meer de instelling van het mensenkind geheel op het zuiver geestelijke geconcentreerd is, des te volmaakter zullen de berichtgevingen zijn die het nu door de geestelijke wezens ontvangt.

Gods schepsel op aarde heeft het dus volkomen in de hand een geestelijke verbinding te maken met het hiernamaals, wat voor hem zelf zo buitengewoon zegenrijk is. Als de mens tot inzicht probeert te komen, dat er zich in elke geestelijke sfeer een kracht van God uit, en als hij zich met dit inzicht aan de gedachte overgeeft dat een verbinding alleen te bereiken is door deze kracht, dan zal het voor hem begrijpelijk zijn dat de wezens die de verbinding zoeken zowel aan deze alsook aan gene zijde van God doordrongen moeten zijn, wil deze kracht hun van pas komen. Want een wezen dat van God is afgewend kan zich onmogelijk ter beschikking stellen van het hoogste Wezen en zijn werkzaamheid.

Daarom zal alles wat met God en in God begonnen en uitgevoerd wordt, met het hoogste resultaat bekroond worden. Waar er daarentegen andere motieven oorzaak zijn en andere krachten die van God afgewend zijn, ingrijpen en werkzaam zijn, daar is dan de basis gegeven voor dwaling, voor bewust misleiden en bijgevolg voor een afwijzen van het geloof aan een verbinding van deze zijde naar gene zijde.

Dring door tot het ware inzicht. Een wezen dat op die manier gerijpt is, beschikt dan over een buitengewone overvloed aan kracht, omdat hij deze kracht onophoudelijk mag putten uit de verbinding met de goede geestelijke wezens, die door God liefdevol is toegestaan.

Amen

Vertaald door: Gerard F. Kotte

Deze openbaring is niet opgenomen in de themaboekjes.

Downloads

Download-aanbod voor boek _book
 ePub  
 Kindle  
  Meer downloads

Deze openbaring

 als MP3 downloaden  
Afdrukvoorbeeld
 Kladschriften

Translations