Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/0340

0340 Twijfel aan de goddelijkheid van Christus - Leer van Christus - Menswording

20 maart 1938: Boek 8

Leg vol vertrouwen je hart aan de voeten van de Heer en Meester opdat Hij het zegent. Een helder ogenblik voert je naar omhoog en laat je de heerlijkheid van God aanschouwen. En door talloze boden die door God gezonden zijn, worden wederom de leringen onder de mensheid uitgevaardigd, want de Heer Jezus Christus vertoeft midden onder jullie, die Hem willen dienen.

En het zal jullie taak zijn om je met de juiste hulp om de lieve aardse broeders en zusters te bekommeren en hun de voorschriften van de Heer bekend te maken. Want Zijn heilige wil laat onder jullie grote dingen gebeuren uit liefde voor de mensheid. En wie steeds Zijn Woord navolgt, zal een volgeling van de Heer genoemd worden en als het ware op aarde werken zoals het de opdracht van de discipelen was in Jezus’ tijd op aarde.

Alleen de historische gebeurtenis van de levensloop van de Heer op aarde leeft nog in jullie hart, maar jullie hebben je van Zijn leer verwijderd en jullie weten niet meer hoe jullie in de zuiverheid moeten leven die de Heer jullie heeft bevolen indien jullie Zijn volgelingen willen worden. Want voor jullie heeft de leer aan aantrekkingskracht verloren. Want in deze tijd schenken jullie geen aandacht meer aan de goddelijkheid van de Verlosser der mensheid. Maar jullie zien Hem slechts als mens en de leer van Christus als het werk van een mens. En dat is wat jullie van de waarheid scheidt en wat jullie ook van de hemelse Vader scheidt. En dus zullen jullie met dit geloof moeilijk datgene bereiken wat jullie levensdoel moet zijn.

Voor de periode van het aardse leven zou jullie opvatting weliswaar niet van groot belang zijn. Maar jullie verblijf op deze aarde is slechts van voorbijgaande aard en dan volgt het eigenlijke leven in het hiernamaals, dat echter voor jullie in plaats van leven ook dood kan betekenen. En als jullie ooit het eeuwige leven willen hebben en niet ten prooi willen vallen aan de eeuwige dood, dan moeten jullie volharden in het geloof in de Heiland als Gods Zoon. Maar dan zal de Bemiddelaar tot de hemelse Vader jullie wederom alle kracht geven, indien jullie Hem als zodanig willen aanvaarden. En jullie weg zal gemakkelijker zijn dan zonder enige hulp van Hem die jullie toch verlost heeft van de diepste zondeschuld.

De aardse werkzaamheid van Jezus in Zijn gehele volheid heeft jullie de weg gewezen, opdat het geloof in de Zoon van God jullie eens het eeuwige rijk zal doen toekomen. Jullie behoren slechts onvoorwaardelijk de Godheid van Christus te aanvaarden en jullie moeten je Zijn leringen eigen maken en alle geboden naleven die de Heer en Heiland de zijnen op aarde gaf. Onder invloed van degenen die de zuivere leer van Christus willen vernietigen, is het voor de mensen steeds moeilijker geworden om de leringen aan te nemen als dat wat ze zijn: als geboden die God Zelf aan het volk gaf. En de mensen verwijderden zich steeds verder van de goddelijke waarheid. Ze lieten de leringen van de goddelijke Heiland steeds verder achter zich en keerden zich in plaats hiervan naar nieuwe formuleringen die echter het geloof aan de zuivere leer van Christus steeds meer deden verzwakken en die zich uiteindelijk verloren in dwaalleren.

En vandaag staat de mensheid tegenover een constructie die zeer vaak afwijkt van de goddelijke leer van Christus en om die reden ook steeds gemakkelijker door de mensheid afgewezen wordt. Op die manier wordt tenslotte ook de goddelijkheid van de Heer Zelf steeds meer in twijfel getrokken, ja, ook vaak geheel ontkent. En zo staan we nu voor een tijd waarin een hevige strijd om geestelijk goed, om waarheid, om het licht van het inzicht zal ontbranden. Gezegend zij degene die nog verlangen koestert om de waarheid te naderen, hem zal ze op het goede moment toekomen. Maar hoe velen wijzen alle gedachten aan het geestelijke, zelfs maar elke gedachte die verder dan de aardse wereld reikt, resoluut van de hand. Voor hoe velen zijn zulke gedachten een ballast die hen slechts belast en daarom zonder bedenkingen weggeworpen wordt. Voor hen is de heerlijkheid van God, het eeuwige leven, nog zo oneindig ver weg.

En voor hen laat de Heer Zijn boden door het aardse dal gaan, opdat ze overal aan hun harten zullen rammelen. Want het Woord van God moet weer bekend gemaakt worden en voor alle tijden getuigen van de menswording van Christus. Gods Woord dient opnieuw baan breken. Niemand van jullie mensen dient in volledige blindheid door het aardse leven gaan. Er moet op z’n minst geprobeerd worden dezen de ogen te openen zodat dan alleen de vrije wil van de mens doorslaggevend is voor de mate waarin de inspanningen van de boden van God met succes bekroond worden.

In deze tijd zal vooral daar het geestelijke streven plaatsvinden waar de Heer neerdaalt om eigenmachtig in te grijpen. Degene die zich gewillig aan de goddelijke wil onderwerpt en die zich steeds aan de geestelijke werkzaamheid overgeeft met de bedoeling de Heer te dienen, zal Zijn zegeningen rijkelijk gewaarworden. “Onderwijs de zwakken”, zegt de Heer. En zo zal Hij in alle liefde iedereen onderwijzen die Hem zijn geestelijke armoede voorlegt. En het weten van een dergelijk kind zal steeds groter worden als het zich slechts aan de Heiland overgeeft en steeds bereid is de goddelijke leringen aan te nemen. Want niet een wijze dient onderwezen te worden, maar de wijsheid behoort naar dat kind van God toe te stromen dat het oprecht ten dienste van de mensheid wil ontvangen en doorgeven.

Zo zal de Leer van de Heer zich verspreiden onder jullie mensen, ongeacht of jullie haar willen opnemen of niet. Want de opnamevaten zijn in gereedheid gebracht en ze zullen op dezelfde plaats blijven, zodat degene die naar verkwikking verlangt, zich aan de inhoud laaft. De wil van de Heer regeert het ganse heelal. Hij regeert de schepping en elk schepsel zal Hem voor eeuwig onderdanig zijn.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte