Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/0324
0324 Het Woord van God
7 maart 1938: Boek 8
Het Woord dat de Heer Jezus Christus aan de zijnen op aarde geeft, is voor tijd en eeuwigheid bestemd. Zodra de mensen beginnen te twijfelen, verliezen ze de verbinding met de eeuwige godheid. En daarom zullen ze de geestelijke rijpheid niet bereiken, aangezien voor het verwerven van het eeuwige leven een navolgen van de geboden van God nodig is. Maar zonder het Woord van God missen jullie de kracht om dit te vervullen. Het ontbreekt jullie vooral aan kennis van de bron die eeuwig genade geeft en jullie tasten in het duister en zijn zwakke, hulpeloze wezens, terwijl jullie door het Woord van God onbeperkt helderheid van geest, kracht en sterkte kunnen verwerven.
Het is een grondwet en de mens kan zich van het belang ervan niet de juiste voorstelling maken. Daarom is het altijd nog beter blindelings het Woord van God aan te nemen, onbewust van de grote zegen, dan het af te wijzen en zichzelf daardoor onmetelijke schade te berokkenen. Want ongeacht waar de Geest van God bezig is veredelend op de menselijke ziel in te werken, daar worden jullie door de goddelijke Liefde en de kracht zelf geleid. Het is oneindig veel wijzer met volle aandacht, geloof en vertrouwen aan te nemen wat jullie van boven liefdevol aangeboden wordt, dan eerst met het verstand te willen doorgronden wat er waar en wat er niet waar zou kunnen zijn.
Het is de grote fout van de mensheid om zichzelf op een aanmatigende manier als wijs te beschouwen en zich geroepen te voelen datgene te onderzoeken wat alleen voor de goddelijke Schepper voorbehouden is om te verklaren en waarvoor het menselijke verstand veruit ontoereikend is. En waar men het niet volledig kan doorgronden, doet men er beter aan een leer aan te nemen die nooit ofte nimmer schade kan veroorzaken, maar die daarentegen in haar geboden en aanwijzingen het edelste nastreeft en daarom een waar licht uit de hemel genoemd kan worden.
Het is voor jullie allen een onmetelijke zegen de boodschap van God onvervalst te ontvangen. Jullie mogen je weer laven aan water dat zuiver en helder uit de bron stroomt. Jullie mogen woorden in ontvangst nemen die de Heer Zelf jullie rechtstreeks heeft gegeven, opdat jullie zo de verkwikking als zeer weldadig ervaren. En daaraan moeten jullie de waarde van Gods openbaringen herkennen.
Het is Zijn wil om talloze arme kinderen van de aarde te hulp te komen. Hij biedt hun liefdevol Zijn reddende hand aan en Hij neemt iedereen liefdevol op. Maar jullie moeten de weg naar Hem vinden en mogen Hem niet afwijzen, wat jullie echter doen, als jullie Zijn Woord niet willen vernemen. De Heer ziet ver vooruit. Aanvankelijk zijn jullie wel in staat je boven water te houden met jullie leringen, die mensenwerk zijn. Maar al gauw zullen jullie merken dat jullie de grond missen waarop jullie je anker kunnen uitwerpen. Jullie zullen aan de elementen prijsgegeven zijn en niet weten waar jullie in jullie nood houvast moeten zoeken. En dan schiet alles wat mensenwerk is tekort. Dan is er alleen nog maar het Woord van God dat er vanaf het begin was en tot in alle eeuwigheid blijft bestaan.
Laat deze voor jullie meest pijnlijke tijd niet naderen in geestelijke duisternis, maar wend je nog voor deze tijd tot het Woord van God dat jullie redding brengt uit elke nood, uit geestelijke en lichamelijke benardheid. Want er is er maar Eén die jullie kan helpen, die daarboven is en aan wie alle scheppingswerk ondergeschikt is, zo ook jullie, die geschapen zijn om de vereniging met jullie Schepper en hemelse Vader na te streven. De weg naar Hem gaat alleen via het Woord van God en alleen hierdoor zullen jullie één worden met de eeuwige godheid.
Amen
Vertaald door Gerard F. Kotte