Finché il Mio Spirito non agisce ancora in voi, fino ad allora siete solo coloro che corrono accanto oppure dei cristiani formali, perché l’Agire del Mio Spirito è il segno di riconoscimento della Chiesa che Io Stesso ho fondato sulla Terra. Solo allora appartenete a questa Chiesa fondata da Me, quando il Mio Spirito può manifestarSi in voi, che sentite il Suo Discorso, che quindi siete risvegliati alla Vita, che dimostra l’Agire del Mio Spirito in e su di voi. Ed il segno dell’Agire del Mio Spirito è, che siete vivi, che siete diventati veri cristiani d’azione, quindi anche veri fautori, e non soltanto ascoltatori della Mia Parola. Un cristiano morto non ha in sé questi segni, lui percorre la sua vita, non parlerà quasi di Gesù Cristo e della Sua Opera di Redenzione, non si sforzerà nemmeno di condurre una vita d’azione; ma si chiama cristiano, perché non ha ancora capito, che cosa Io intendo con ciò. Un cristiano è un vero seguace di Gesù, un uomo che si sforza di condurre la sua vita terrena come Lui, che consisteva nel continuo agire nell’amore e nell’intimo legame con il Padre Suo Che Era in Lui. Questo intimo legame deve dapprima essere stabilito con Me in Gesù Cristo, se il Mio Spirito deve poter diventare anche efficace, se deve manifestarSi mentre conquista l’influenza su tutto il pensare, volere ed agire. Allora l’uomo sarà guidato dal Mio Spirito, perché Io Stesso Mi manifesto attraverso lo Spirito ed annuncio all’uomo la Mia Volontà. Costui deve quindi condurre una seconda vita accanto alla vita terrena, deve tendere spiritualmente, per cui ad un cristiano formale non rimane il tempo, perché è catturato dal mondo, che non lo lascia libero. Il cristiano d’azione viva secondariamente la sua vita terrena ed è la vita spirituale che colma il contenuto della sua vita, perché è spinto dal Mio Spirito, che non lo lascia più riposare. E così ogni pensiero spirituale, ogni legame con Me, ogni spinta ad una buona azione, ogni profonda comprensione del sapere spirituale ed un sempre nuovo desiderio per tutto questo è da considerare come “l’Agire dello spirito”, e tutto ciò contrassegna anche un cristiano vivente, mentre questo manca totalmente ad un cristiano formale, perché costui non è tanto mosso dalla vita della sua anima come la vita del suo corpo, e gli sono estranei dei legami spirituali, perché gli sono scomodi e perciò li evita. E per questo è un cristiano morto, che non potrà dimostrare la sua “vita”, quando viene messo davanti a questa prova. Perché l’uomo non è impunito un cristiano morto, ed una volta si mostrerà quanto profondo si trova ancora nella fossa, quanto oscurato è il suo spirito e quanto lui stesso è ancora lontano ad essere un autentico seguace di Gesù Cristo. E perciò solo pochi uomini hanno il diritto di chiamarsi cristiani, perché la maggior parte non lo sono, anche se appartengono a delle organizzazioni chiesastiche, ma non fanno nessun onore a queste. Perché in tutte queste organizzazioni gli uomini possono percorrere la giusta via della successione di Gesù, per poi, come autentici cristiani, possedere anche il segno della Mia Chiesa: lo spirito risvegliato, che ora li guida ed istruisce, che illumina chiaramente la via della loro vita e che agisce sull’uomo nel vero miglior senso, perché è il Mio Spirito, che si manifesta in voi ed Io vi do anche davvero solamente ciò che è bene per voi e le vostre anime. Ed ognuno di voi che vuole soltanto seriamente, può risvegliare lo spirito alla Vita, affinché adempia il suo compito terreno, che vuole seriamente unirsi con Me, il Quale riconosce come suo Dio e Padre e che stabilisce questa intima unificazione attraverso l’agire nell’amore, perché chi esercita l’amore, stabilisce il collegamento con Me, perché Io Stesso Sono l’Amore, ed il Mio Spirito irradierà attraverso lui e gli donerà la Luce. Egli sarà sempre soltanto attivo nella Mia Volontà e conquisterà la Vita eterna ancora sulla Terra.
Amen
TraduttoreZolang mijn Geest nog niet in u werkzaam is, zo lang bent u alleen meelopers of vormchristenen. Want het werkzaam zijn van mijn Geest is het kenmerk van de kerk die Ik zelf op aarde heb gesticht. U behoort pas dan tot deze door Mij gestichte kerk, wanneer mijn Geest zich in u kan uiten, dat u zijn aanspreken verneemt, dat u dus tot leven bent gewekt, wat het werkzaam zijn van mijn Geest bij en in u bewijst. En het teken van het werken van mijn Geest is, dat u levend bent. Dat u ware christenen van de daad bent geworden, dus ook echte doeners, niet alleen toehoorders van mijn woord. Een dode christen heeft deze symptomen niet. Hij leeft gewoon voort, hij zal nauwelijks over Jezus Christus en Zijn verlossingswerk spreken. Hij zal zich ook niet inspannen om een leven in daden te leiden. Toch noemt hij zich christen, omdat hij nog niet heeft begrepen wat Ik daaronder versta.
Een christen is een ware navolger van Jezus, een mens die zijn best doet net als Hij zijn aardse bestaan te leiden dat in onophoudelijke werken van liefde bestond en in een innige band met Zijn Vader die in Hem was. Deze innige band met Mij in Jezus Christus moet als eerste tot stand worden gebracht, wil mijn Geest nu ook werkzaam kunnen worden, wil hij zich kunnen uiten, doordat hij op al het denken, willen en handelen nu invloed krijgt. Dan zal de mens door mijn Geest geleid zijn, want door de Geest uit Ik Mezelf en maak Ik de mens mijn wil bekend. De mens moet dus naast het aardse leven een tweede leven leiden. Hij moet geestelijk streven, waar een vormchristen geen tijd voor blijft omdat hij door de wereld gevangen is die hem niet vrijlaat.
De christen van de daad leeft zijn aardse leven ernaast, en het geestelijke leven vult zijn leven. Want de Geest uit Mij, die hem nooit zal laten rusten, is zijn drijfveer. En zo is dus elke geestelijke gedachte, elke band met Mij, elke drang om een goede daad te verrichten, elk dieper begrijpen van geestelijk weten en steeds nieuw verlangen daarnaar, alles als het werkzaam zijn van de geest te beschouwen. En dit alles kenmerkt ook een levende christen, terwijl het de vormchristen hieraan volledig ontbreekt. Want deze overdenkt niet zozeer het leven van zijn ziel als het leven van zijn lichaam. En geestelijke banden zijn hem vreemd, omdat ze lastig voor hem zijn en hij ze daarom ontwijkt. En daarom is hij een dode christen, die niet zal kunnen bewijzen dat hij leeft wanneer hij op deze proef wordt gesteld. Want de mens is niet straffeloos een dode christen en eenmaal zal het blijken, hoe diep hij zich nog in het graf bevindt, hoe verduisterd zijn geest is en hoe ver hij zelf er nog van verwijderd is een ware navolger van Jezus Christus te zijn.
En daarom hebben maar weinig mensen het recht zich christen te noemen. Want de meeste zijn het niet. Ook niet wanneer ze bij kerkelijke organisaties horen, maar deze niet tot eer strekken. Want in al deze organisaties kunnen de mensen de juiste weg van de navolging van Jezus gaan en dan ook als ware christen het kenmerk van mijn kerk bezitten: de gewekte geest die hen nu leidt en onderricht, die hun levensweg helder verlicht en die in de meest ware zin op de mens inwerkt, omdat het mijn Geest is die zich in u uit en omdat Ik u ook waarlijk alleen dat geef, wat goed is voor u en uw ziel. En ieder van u kan de geest in zich tot leven wekken. Ieder die maar serieus zijn taak op aarde wil vervullen, die zich ernstig met Mij - Die hij als zijn God en Vader ziet - wil verenigen en deze innige aaneensluiting tot stand brengt door werkzaam te zijn in liefde. Want wie de liefde beoefent, brengt de aaneensluiting tot stand met Mij, de Liefde zelf. En mijn Geest zal hem doorstralen en hem licht schenken. Hij zal nu altijd alleen naar mijn wil actief zijn en nog op aarde het eeuwige leven verkrijgen.
Amen
Traduttore