Voi siete direttamente in contatto con il Regno al quale vi affidate nel Mio Nome. La vostra volontà di raggiungerMi, fornisce a tutti gli esseri di Luce il diritto, di associarsi alla vostra protezione, perché questi eseguono sempre soltanto la Mia Volontà e perché sanno, che è la Mia Volontà di aiutarvi spiritualmente e terrenamente. Eseguire ora la Mia Volontà è la loro beatitudine, perché l’amore per Me e per tutti gli esseri, che sono ancora imperfetti, li spinge inarrestabilmente all’attività. Ma non faranno mai qualcosa di propria volontà, perché sono entrati totalmente nella Mia Volontà e conoscono anche le Leggi dell’eterno Ordine, in modo che un intervento contro la Mia Volontà dovrebbe essere soltanto una conseguenza a danno per questi esseri. Tutto ciò che si trova nella Luce, che è perfetto, porta in sé la Mia Volontà divina e perciò non può mai agire arbitrariamente contro la Mia Volontà. Perciò gli esseri, quindi anche gli uomini sulla Terra, devono cercare dapprima di rendersi inclini alla Mia Volontà, prima che gli esseri di Luce possono assisterli in qualche modo, e per questo gli uomini devono dapprima cercare il contatto con Me, per poi anche poter sperimentare l’aiuto del mondo spirituale, degli esseri di Luce, che vengono nutriti da Me con Forza e Luce, perché ciò che Io ho una volta accettato, circonda con il suo amore anche ogni essere di Luce e promuove il suo perfezionamento. Chi dunque sa di essere unito con Me mediante la sua preghiera e l’agire nell’amore, sa anche di essere protetto da quegli esseri, e si può anche raccomandare a loro, può volere di essere circondato soltanto dagli abitanti del Regno di Luce e che questi impediscono l’accesso ad esseri impuri, può trasportarsi coscientemente mediante la sua volontà in quelle sfere di Luce, perché Sarò sempre Io l’Origine di ogni pensiero ed anche la meta, perché allora prega gli esseri di Luce per l’aiuto sulla via verso di Me. E questo aiuto gli viene concesso anche troppo volentieri. Ma l’aiuto di quegli esseri viene totalmente misconosciuto quando vengono invocati come intercessori presso di Me, quando gli uomini non si avvicinano a Me Stesso, quando credono di conquistare il Mio Affetto mediante la protezione, se non stabiliscono dapprima il rapporto di un figlio verso il Padre, ma si aspettano l’aiuto da quegli esseri, per via dei quali non chiedono a Me Stesso. Finché la Mia Volontà d’Aiuto non viene riconosciuto dagli esseri di Luce, che sia rivolta a voi, fino ad allora nemmeno in loro è questa Volontà, ed ogni invocazione per l’aiuto è invano, perché questi Miei servitori non eseguono nulla contro la Mia volontà. E dapprima dovete cercare di conquistare la Mia volontà, quindi non dovete passare oltre a Me Stesso, soltanto allora i Miei messaggeri di Luce entrano in azione, appena lo hanno riconosciuto come voluto da Me. Un uomo che tende verso di Me nella piena serietà, è anche collegato costantemente con il mondo di Luce, e si sente nella sfera spirituale proprio così libero, come fra i suoi prossimi. Starà sempre in contatto con gli esseri di Luce, sarà circondato da loro su Incarico Mio, e così agiranno anche su di lui su Incarico Mio, perché tutto ciò che fanno lo percepiscono come incaricati da Me. Un essere di Luce non può eseguire nient’altro che la Mia Volontà, altrimenti non sarebbe un essere di Luce, perché la pienezza di Luce è soltanto la conseguenza della sua totale dedizione a Me ed essere entrato nel Mio Ordine dall’Eternità, per cui regna anche la piena sintonia fra Me e quegli esseri, che però non deve condurre alla conclusione, che sia sempre quell’essere di Luce che gli uomini s’immaginano come tale. Perciò l’invocazione per l’aiuto a determinati esseri è sempre collegato con un certo pericolo, che vengono invocati anche degli esseri, che non dimorano come esseri di Luce nel Regno della Luce, perché voi uomini non potete giudicare, dovete lasciare a Me il Giudizio del grado di maturità. E così avrete ora anche una chiara Risposta alla domanda, se l’invocazione di “santi” abbia lo scopo è che sia nella Mia Volontà. Affidatevi pieni di fiducia agli esseri di Luce, quando vi siete intimamente uniti con Me e credete, che loro sono preoccupati per voi nella Mia Volontà e vi aiutano. Ma non invocate coloro, che il giudizio umano ha dichiarato per “santi” ed il cui grado di maturità non può essere giudicato da voi uomini, perché unicamente Io so chi ha raggiunto il grado della perfezione, che ora può essere irradiato da Me con la Luce e la Forza ed è ora attivo nel Mio Regno secondo la Mia Volontà. Riconoscete e desiderate la Luce, e vi si avvicinerà e vi colmerà con la sua Forza.
Amen
TraduttoreU staat rechtstreeks in verbinding met het rijk waaraan u zich toevertrouwt in Mijn Naam. Uw wil met MIJ in contact te komen geeft alle wezens van het Licht het recht zich als uw beschermer bij u aan te sluiten, omdat dezen altijd alleen Mijn Wil uitvoeren en omdat ze weten dat het Mijn Wil is u zowel geestelijk als aards te helpen. Mijn Wil nu uit te voeren is hun gelukzaligheid, want de liefde tot MIJ en tot alle wezens die nog onvolmaakt zijn, zet hen onophoudelijk aan tot werkzaamheid.
Maar ze zullen nooit uit eigen wil iets doen, omdat ze geheel Mijn Wil zijn binnengegaan en zij ook de wetten van de eeuwige ordening kennen, zodat een ingrijpen tegen Mijn Wil in, alleen maar een schadelijke uitwerking op deze wezens zou moeten hebben.
Alles wat zich in het Licht bevindt, wat Volmaakt is, draagt Mijn goddelijke Wil in zich en kan daarom nooit eigenmachtig tegen Mijn Wil in werkzaam zijn. Daarom moeten vooreerst de wezens, dus ook de mensen op de aarde trachten bereid te willen zijn zich naar Mijn Wil te voegen, voordat de wezens van de lichtwereld hen op een of andere manier kunnen bijstaan en daarom moeten de mensen op de eerste plaats verbinding met MIJ zoeken, om dan echter ook de hulp van de geestelijke wereld, van de lichtwezens, die door MIJ met kracht en licht worden gevoed, te kunnen ervaren, want wat IK eenmaal heb aangenomen, dat omgeeft ook ieder Lichtwezen met zijn liefde en bevordert diens voltooiing.
Wie zich daarom met MIJ verbonden weet door zijn gebed (uit het hart) en door werken van liefde, weet zich ook beschermd door die wezens en hij kan zich ook aan hen toevertrouwen, hij kan willen dat hij alleen door bewoners van het lichtrijk is omgeven en dat dezen de toegang van onreine geesten verhinderen. Hij kan zich door zijn wil bewust in die lichtsferen verplaatsen, want altijd zal IK van hem de oorsprong van elke gedachte zijn en ook het doel. Want hij vraagt dan de wezens van het licht alleen om hulp op de weg naar MIJ En deze hulp wordt hem al te gaarne verleend.
Maar volledig miskend wordt de hulpverlening van die wezens, wanneer ze worden aangeroepen als "voorsprekers" bij MIJ, wanneer de mensen zelf geen contact zoeken met MIJ Zelf, wanneer ze geloven Mijn genegenheid te winnen door voorspraak, wanneer ze de betrekking van kind tot VADER niet tot stand brengen, maar van die wezens hulp verwachten, waarvoor ze MIJ Zelf niet vragen. Zolang Mijn Wil om te helpen niet door de lichtwezens te onderkennen is, dat die u geldt, zolang is ook deze wil niet in henzelf en al het roepen om hulp is tevergeefs, want tegen Mijn Wil in verwezenlijken deze dienaren van MIJ niets. En Mijn Wil zult u eerst moeten trachten te winnen, dus MIJ Zelf zult u niet mogen negeren, pas dan komen Mijn lichtboden in werking zodra ze in zichzelf inzien dat het door MIJ is gewild.
Een mens die in alle ernst op MIJ aanstuurt is ook voortdurend met de lichtwereld verbonden en hij zal zich in de geestelijke sfeer net zo ongedwongen bewegen als onder zijn medemensen. Hij zal steeds met de wezens van het licht in contact staan, in Mijn opdracht zal hij door hen omringd zijn en dus zullen ze ook in Mijn opdracht op hem inwerken, omdat ze alles wat ze doen, voelen als door MIJ opgedragen.
Een Lichtwezen kan niets anders uitvoeren zoals het Mijn Wil is, daar het anders geen wezen van het licht zou zijn, want de volheid van licht is pas eerst het gevolg van zijn totale overgave aan MIJ en van het ingaan in Mijn ordening van eeuwigheid, om welke reden er ook volledige overeenstemming heerst tussen MIJ en die wezens - maar wat niet tot de gevolgtrekking mag leiden dat steeds dat Lichtwezens zijn die mensen zich als zodanig voorstellen.
Daarom is het aanroepen om hulp van bepaalde wezens met een zeker gevaar verbonden - dat er ook wezens worden geroepen die niet als lichtwezen vertoeven in het rijk van het licht. Want u, mensen zult niet kunnen oordelen, u zult de beoordeling van de graad van rijpheid aan MIJ moeten overlaten.
En zo zult u nu ook een duidelijk antwoord hebben op de vraag of het aanroepen van "heiligen" zinvol is en in Mijn Wil. Geef u vol vertrouwen over aan de wezens van het licht als u zich innig met MIJ verbonden heeft en geloof dat ze in Mijn Wil nu om u bezorgd zijn en u helpen.
Maar roep niet diegenen aan die het menselijk oordeel als "heiligen" bestempelde en wier graad van rijpheid door u, mensen niet kan worden onderzocht, omdat IK alleen weet wie de graad van volmaaktheid heeft bereikt, dat hij nu door MIJ met licht en kracht kan worden doorstraald en nu in Mijn rijk werkzaam is naar Mijn Wil. Herken (begeer) het Licht en het zal dichter bij u komen en u vervullen met zijn kracht.
Amen
Traduttore