Compare proclamation with translation

Other translations:

'Vengeance is Mine....'

Exacting revenge is not right before God, for then the human being will share the guilt because he gave way to an evil desire in him and is no longer pure at heart. Every feeling of unkindness is an obstacle towards ascent, the inner battle, however, is an advancement. As soon as the human being is antagonistically inclined towards the fellow human being and ponders retaliation he hands himself over to the power of evil and has to comply with its will, which always intends to increase unkindness. And this puts his state of soul at risk, for once he has given in to the enemy's desire it will be difficult for him to practise love, for the thought of revenge poisons his feelings. What his fellow human being has done to him is far less than what he is now doing to himself, for his fellow human being's wrong-doing consisted of causing him physical damage but he is damaging his soul and puts it into new fetters with every act of unkindness. He has no other benefit by doing so other than to satisfy his feeling of revenge and thereby hands himself over to the opponent's control, and to then return to activities of love is extremely difficult and can only be possible if he realises and regrets his wrong-doing. The vindictive person, however, is pleased with his action and far removed from a state of remorse. The human being shall repay evil with good, this way he will weaken the power of evil, acquire love and release himself as well as his opponent from the influence of evil, for his opponent will experience this as a beneficial act, providing he is not entirely obstinate, and will regret his action. Vengeance, however, is God's responsibility. And God is righteous, He truly administers vengeance according to merit.... He beholds the human being's heart and nothing remains hidden to Him. And it is His will to reform people and to make them realise their wrong-doing, just as He blesses those who patiently endure the other person's wrong-doing without rebelling against it or thinking of exacting revenge. 'Vengeance is Mine', says the Lord.... He thereby makes His will known to leave the responsibility of vengeance to Him, so as not to cause damage to your soul, which will be much greater than your fellow human being can ever inflict on you....

Amen

Translator
Translated by: Heidi Hanna

“Mij komt de wraak toe”

Wraak oefenen is niet juist voor God, want de mens heeft dan deel aan een schuld, omdat hij aan een boos verlangen in zichzelf toegaf en nu niet meer zuiver in het hart is. Elk gevoel van liefdeloosheid is een hindernis op de weg naar de hoogte. Daarentegen is de innerlijke strijd een vooruitgang.

Zodra de mens nu een vijandelijke opstelling ten opzichte van zijn medemens heeft en op wraak zint, geeft hij zich over aan de macht van het kwaad en hij moet nu diens wil vervullen, die steeds de toename van de liefdeloosheid betreft. En de toestand van zijn ziel is nu in gevaar gebracht, want als hij eenmaal aan het verlangen van de vijand toegegeven heeft, dan valt het hem zwaar om de liefde te beoefenen, want de wraakgedachte vergiftigt zijn gevoel.

Wat de medemens hem aangedaan heeft, is veel minder dan wat hij zichzelf nu aandoet, want het onrecht van de medemens bestond erin hem lichamelijk te beschadigen, maar hij beschadigt zijn ziel en legt nu door iedere daad van liefdeloosheid nieuwe boeien aan. Hij heeft daar geen ander voordeel van dan het gevoel van een bevredigende wraak en geeft zich daardoor over aan de macht van de tegenstander en nu de weg weer terugvinden naar werken van liefde is heel moeilijk en kan alleen maar dan mogelijk zijn, wanneer hij zijn onrecht inziet en er spijt van heeft. Maar de wraakzuchtige mens verheugt zich in zijn daad en is ver van de staat van berouw verwijderd.

De mens moet kwaad met goed vergelden. Dan verzwakt hij de macht van het kwaad, verwerft hij liefde en bevrijdt hij zichzelf en ook de tegenstander van de invloed van de slechte macht, want de tegenstander ervaart dit als een daad van liefdadigheid, voor zover hij niet heel koppig is en hij spijt heeft van zijn daad.

Maar wraak is Gods taak. En God is rechtvaardig en Hij oefent de wraak waarlijk naar verdienste. Hij kijkt in het hart van de mens en voor Hem blijft er niets verborgen. En het is Zijn wil om de mensen te verbeteren en hen hun onrecht te laten herkennen, zoals Hij degene zegent, die het onrecht van de naaste verdraagt zonder zich te verzetten of op wraak te zinnen. “Mij komt de wraak toe”, spreekt de Heer. Hij maakt daardoor Zijn wil bekend om het oefenen van wraak aan Hem over te laten, opdat jullie je ziel geen schade berokkenen, die veel groter is dan de medemensen jullie kunnen berokkenen.

Amen

Translator
Translated by: Peter Schelling