Kundgabe mit Übersetzung vergleichen

Weitere Übersetzungen:

Wille zur Nachkommenschaft.... Harrende Seelen....

Unzählige Seelen harren ihrer Verkörperung, und darum müssen immer wieder neue Geschlechter entstehen. Es müssen immer wieder Menschen geboren werden, in denen die Seelen ihren Aufenthalt nehmen während ihrer letzten Entwicklungsperiode auf Erden. Es gehört also immer wieder die Bereitwilligkeit der Erdenmenschen dazu, daß sich eine Seele verkörpern kann, und es ist dies gleichfalls ein Akt der Liebe zu dem Unerlösten, so die Menschen einer Seele die Gelegenheit zur letzten Verkörperung auf Erden geben.... Nur muß dieser Wille, ein neues Leben zu erwecken, Anlaß sein zu jeder Verbindung zwischen Mann und Frau; und fehlt dieser Wille, dann wird widerrechtlich eine körperliche Funktion ausgeübt, die nur die Erweckung eines menschlichen Lebens bezwecken soll. Und es wird auch auf diesem Gebiet viel gesündigt, d.h., es wird der göttliche Wille nicht in Betracht gezogen, es wird der Körper nicht zu seiner eigentlichen Aufgabe erzogen, und die Folge davon ist, daß viele Seelen vergeblich harren und sich also nicht verkörpern können, obgleich sie den Entwicklungsgrad erreicht haben, der eine Verkörperung auf Erden zuläßt. Diese Seelen halten sich nun in Erdennähe auf, und sie suchen die Menschen dazu zu bestimmen, sich zu einen, und es ist dies zumeist dann der Fall, wenn Menschen in Liebe miteinander verbunden sind. Denn die Liebe muß Triebkraft sein zu einer Verbindung, aus der ein neues Leben hervorgeht. Die Liebe zweier Menschen zueinander ist notwendig, will die zum Leben erweckte Seele die Möglichkeit haben, in der kurzen Erdenzeit eine Reife zu erlangen, die das Eingehen in das Lichtreich zur Folge hat. Eine Verbindung ohne Liebe gibt den Seelen Gelegenheit zu Verkörperungen, in denen schlechte Triebe noch überaus stark herrschen und die darum im Erdenleben außerordentlich kämpfen müssen, um diese Triebe zu überwinden.... (3.7.1943) Der Wille der Menschen, Nachkommen zu zeugen, ist auch zumeist mit Liebe zueinander verbunden, und es ist dies für die sich nun verkörpernde Seele von großem Vorteil, sowie die Liebe überwiegt, weil auch dann in das neugeborene Wesen der Liebesfunke überspringt und es nun bedeutend leichter zur seelischen Reife auf Erden gelangen kann. Das Bestreben jedoch, Nachkommen zu verhindern, kann der sich verkörpern-wollenden Seele insofern nachteilig sein, als daß die Triebhaftigkeit der Menschen auch die gleichen Triebe des neuen Wesens bestärkt und dessen Seele nun stets und ständig dagegen anzukämpfen hat während ihres Erdenlebens. Kommen die Seelen nicht zur Verkörperung, so halten sie sich dennoch in der Nähe der Menschen auf und bedrängen sie, d.h., sie suchen auf die Menschen einzuwirken, sich zu verbinden zum Zwecke der Fortpflanzung. Verständlicherweise werden dann immer die körperlichen Begierden überwiegen, weil die Seelen nur ihrer Veranlagung gemäß auf die Menschen einzuwirken suchen, also rein körperliche Begierden übertragen wollen, um dann die Gelegenheit zu haben, sich selbst zu verkörpern. Eine ungeheure Verantwortung liegt daher auf den Menschen, die sich verbinden in Triebhaftigkeit ohne Liebe, denn sie sind umgeben von Seelen, die sich inkarnieren wollen, und sie locken durch ihre Begierden die gleich-veranlagten Seelen an, die ihrerseits die hemmungslosen Momente nützen, um Aufenthalt zu nehmen in einem neugezeugten Wesen, das nun die Erdenlaufbahn als Mensch beginnt. Und es überwiegen solche Seelen zumeist, denn die Zahl derer, die Liebe und bewußtes Wollen zur Nachkommenschaft ins Leben treten ließen, ist nur gering. Und daher wird auch das Menschengeschlecht immer entgeisteter sein, weil wenig Liebe unter den Menschen ist, die auch ohne Liebe das Licht der Welt erblickt haben....

Amen

Übersetzer
Dies ist eine Originalkundgabe von Bertha Dudde

Nakomelingschap - In ongeduld wachtende zielen

Talloze zielen wachten vol ongeduld op de belichaming als mens, daarom moeten steeds weer nieuwe geslachten ontstaan. Er moeten steeds weer mensen geboren worden waarin de zielen hun verblijf kunnen nemen gedurende hun laatste ontwikkelingsperiode op deze aarde.

En daar is altijd weer de bereidwilligheid van de mensen op aarde voor nodig dat een ziel zich incarneren kan, en is tevens een daad der liefde tot het onverloste wanneer de mensen een ziel gelegenheid geven tot laatste belichaming op aarde. En daarom moet de wil een nieuw leven te verwekken aanleiding zijn tot elke verbinding tussen man en vrouw. Maar ontbreekt deze wil, dan wordt een wellustige functie uitgeoefend die echter alleen de verwekking van een menselijk leven tot doel heeft. En er wordt op dit gebied veel gezondigd, d.w.z. de goddelijke Wil wordt niet meer in acht genomen. Het lichaam wordt niet voor zijn eigenlijke opdracht gebruikt en het gevolg daarvan is, dat veel zielen vergeefs wachten en zich niet kunnen belichamen ofschoon zij de graad van ontwikkeling die een belichaming toelaat,bereikt hebben. Deze zielen houden zich op in de nabijheid van de aarde en proberen mensen aan te sporen zich te verenigen, wat meestal het geval is wanneer de mensen in liefde verbonden zijn. De liefde moet de drijfkracht zijn tot een verbinding waarvan een nieuw leven uitgaat. De liefde tussen twee mensen is noodzakelijk, wil de tot leven gewekte ziel de mogelijkheid hebben in de korte tijd op aarde een rijpheid te verkrijgen die een ingaan in het lichtrijk toelaat.

En een verbinding zonder liefde geeft zielen gelegenheid tot belichaming waarin verkeerde neigingen nog sterk overheersen, en dezen hebben daarom in het aardse leven buitengewoon te strijden om deze neigingen te overwinnen. De wil van de mens om nakomelingen te verwekken is ook meestal verbonden met liefde voor elkaar, dat is voor de zich nu incarnerende ziel van groot voordeel wanneer de liefde overheerst omdat dan ook in dat nieuwgeboren wezen de liefdesvonk overspringt - en het nu veel gemakkelijker tot zielerijpheid op aarde kan komen.

Het pogen echter om het krijgen van nakomelingen te verhinderen kan voor de ziel die zich belichamen wil in zover nadelig zijn, dat deze instinctmatigheid der mensen nu ook dezelfde dwang in het nieuwe wezen versterkt en diens ziel voortdurend daartegen te strijden heeft. Komen echter deze zielen niet tot belichaming, dan houden zij zich toch op in de nabijheid van mensen en benauwen hen, d.w.z. zij proberen op de mensen in te werken zich te verbinden ten dienste van de voortplanting. En begrijpelijkerwijs zullen dan steeds de lichamelijke neigingen overheersen omdat die zielen volgens hun eigen geneigdheid op de mensen trachten in te werken. Zij willen dus puur lichamelijke begeerten overdragen om gelegenheid te hebben zichzelf te belichamen.

Een enorme verantwoording ligt daarom bij de mensen die zich instinctmatig verbinden zonder liefde. Zij zijn omgeven door zielen die zich belichamen willen en lokken door hun begeerten zielen met dezelfde neiging aan, die van hun kant de ongeremde momenten benutten om verblijf te nemen in een nieuw verwekt wezen dat nu zijn aardse loopbaan als mens begint.

Meestal zijn er overwegend meer van deze zielen, omdat het getal van degenen die door liefde en een bewust willen, nakomelingen in het leven lieten komen, zeer gering is. En daarom dwaalt het menselijke geslacht ook steeds meer af van het geestelijke, omdat er maar weinig liefde is onder de mensen die ook zonder liefde het levenslicht aanschouwt hebben.

Amen

Übersetzer
Übersetzt durch: Gerard F. Kotte