Kundgabe mit Übersetzung vergleichen

Weitere Übersetzungen:

Erfassen und Ausscheiden der Gedanken im Willen Gottes.... Schrecken des Todes....

Alle Gedanken, die dir zufließen, sind von deinem Willen ergriffen. Es scheidet der rechte, Gott ergebene Wille allezeit aus, was nicht zur Niederschrift bestimmt ist. Es werden daher nur solche Kundgaben von dir empfangen, die ganz dem Willen Gottes entsprechen, doch teils nur für dich bestimmt, teils als reine Lehre für die Menschheit gegeben. Je emsiger und hingebender du deiner Arbeit nachkommst, die der Menschheit zum Segen gereichen soll, desto mehr wirst du der Gnade zu empfangen gewürdigt werden. Denn es hat bei Gott stets alles Geschehen seinen weisen Sinn.... Er wirkt unablässig dafür, den noch blinden Erdenkindern die Augen zu öffnen, denn die Liebe des Herrn zu Seinen Geschöpfen ist grenzenlos. Wer dieser Liebe sich anvertraut, ist in ständiger Obhut und von Ihm sorgsam betreut. Das Leben bietet den Erdenkindern die mannigfaltigsten Abwechslungen, die aber nur dazu beitragen, daß sie des Schöpfers vergessen. Sie möchten ihre Tage auf Erden in Sorglosigkeit verbringen und kein Ende für ihren Körper zu fürchten brauchen.... Und so ist ihr Streben nur immer nach irdischem Gut gerichtet, und den Gedanken an den Tod weisen sie gern weit von sich. Nun ist jedoch das erste zum Schaden für die Seele; der Tod aber wird mit zunehmendem Alter für sie zu einem Gedanken des Schreckens oder des Unbehagens.... Und dieses ist nicht in der göttlichen Ordnung. Wer seiner Seele auf Erden gedenkt, den wird der Tod nicht schrecken, denn er sieht darin dann nur die Befreiung der Seele und den Eingang in den ewigen Frieden. Des Schöpfers Sorge nun ist einzig und allein, dem Erdenkind begreiflich zu machen, daß die irdische Tätigkeit nur zum kleinsten Teil der Erhaltung der göttlichen Schöpfung gilt und daß die Arbeit an der Seele die wichtigste Aufgabe des Menschen auf der Erde ist. Alles, was dem Leibe zur Erhaltung und zum Wohlleben dient, wird früher oder später ein Opfer der Vergänglichkeit werden, doch was der Mensch tut für sein Seelenheil, ist unvergänglich, so wie die Seele als solche unvergänglich ist. Die Seele kann nimmer vergehen, doch ist es für sie von größter Bedeutung, in welcher Verfassung, d.h. in welchem Lichtzustand, sie in das Jenseits eingeht, weil der jeweilige Lichtzustand ausschlaggebend ist, ob die Seele leidet oder himmlische Seligkeit genießt. Es ist für die Seele unsagbar qualvoll, im Verlangen nach Licht zu stehen und aus eigener Schuld das Licht entbehren zu müssen. Und es wird wiederum die Seele maßlos beglücken, wenn ihr der Eingang in die Lichtregionen gewährt wird und die Nähe des himmlischen Vaters demnach ihr Anteil ist....

Amen

Übersetzer
Dies ist eine Originalkundgabe von Bertha Dudde

Begrijpen en afscheiden van de gedachten volgens de wil van God – Verschrikkingen van de dood

Alle gedachten die jou toevloeien, zijn door jouw wil gegrepen. De juiste, aan God toegenegen wil, scheidt altijd af wat niet bedoeld is om op te schrijven. Daarom worden alleen zulke bekendmakingen door jou ontvangen, die geheel overeenstemmen met de wil van God, maar deels alleen maar voor jou bestemd zijn en deels als zuivere leer voor de mensheid gegeven zijn. Hoe ijveriger en meer toegewijd jij jouw arbeid, die de mensheid tot zegen strekken moet, vervult, des te meer zul je waardig worden de genade te ontvangen.

Want bij God hebben alle gebeurtenissen steeds hun wijze bedoeling. Hij werkt er onafgebroken aan om de nog blinde mensenkinderen de ogen te openen, want de liefde van de Heer voor Zijn schepselen is grenzeloos. Wie zich aan deze liefde toevertrouwt, staat onder voortdurende bescherming en wordt door Hem zorgzaam begeleid.

Het leven biedt de mensenkinderen de meest veelsoortige afwisselingen, die er alleen maar toe bijdragen dat ze de Schepper vergeten. Ze zouden hun dagen op aarde graag in zorgeloosheid door willen brengen en niet hoeven te vrezen voor het einde van hun lichaam. En zo is hun streven steeds alleen maar op aardse goederen gericht en de gedachten aan de dood wijzen ze graag ver terug. Nu is dat eerste echter schadelijk voor de ziel. Maar met het toenemen van de leeftijd zal de dood hen een gedachte van verschrikking of van onbehagen opleveren. En dit past niet in de goddelijke ordening.

Degene die op aarde aan zijn ziel denkt, zal door de dood geen schrik aangejaagd worden, want hij ziet daarin dan alleen maar de bevrijding van de ziel en de ingang tot de eeuwige vrede. De zorg van de Schepper is nu enkel en alleen om het voor het mensenkind begrijpelijk te maken dat de aardse werkzaamheid slechts voor het kleinste deel de instandhouding van de goddelijke schepping geldt en dat het werk aan de ziel de belangrijkste taak voor de mensen op aarde is. Alles wat tot de instandhouding en voor het welzijn van het lichaam dient, zal vroeger of later een offer aan de vergankelijkheid worden, maar wat de mens voor zijn zielenheil doet, is onvergankelijk, zoals de ziel als zodanig onvergankelijk is.

De ziel kan nooit vergaan, maar het is voor haar van het grootste belang in welke toestand, dat wil zeggen in welke lichttoestand ze het hiernamaals binnen gaat, omdat de huidige lichttoestand doorslaggevend is of de ziel lijdt of hemelse zaligheid geniet. Het is onnoemelijk kwellend voor de ziel om naar het licht te verlangen en het licht door eigen schuld te moeten ontberen. En het zal de ziel weer mateloos gelukkig maken als haar de ingang tot de lichtregio’s verleend wordt en de nabijheid van de hemelse Vader dus haar deel wordt.

Amen

Übersetzer
Übersetzt durch: Peter Schelling